Natali Broods en Wannes Gyselinck over DE SITCOM: ‘Onder de humor en de snelheid sluimert een groot onbehagen met deze tijd’
Na het gelivestreamde documentaire toneelstuk The Courage to be Disliked (de KOE, 2021) en de filmische voorstelling Opening Night (DE HOE, 2023) maakt DE HOE met DE SITCOM de overstap naar bingewatch-waardig televisietheater. In een theatrale marathon van tweeënhalf uur, verdeeld over vier opeenvolgende afleveringen, onderzoekt de groep de spanningsvelden tussen komedie en tragedie, oppervlakkigheid en diepgang, en oprechtheid en spel. Dramaturg Wannes Gyselinck en actrice Natali Broods, die samen met de andere spelers de tekst van DE SITCOM schreven, vertellen hoe ze van het/hun leven een grap hebben gemaakt.

Hoe is dit ietwat megalomane project ooit begonnen?
Wannes Gyselinck: “Het was pure overmoed, om eerlijk te zijn. In de vroege hoogdagen van Opening Night begonnen we te fantaseren over het maken van een sitcom waarin we onze eigen levens zouden fictionaliseren.”
Natali Broods: “We wilden een sitcom maken met een live publiek en dat filmen, zoals dat bij pakweg Friends ook gebeurde. Die beelden, gemaakt in verschillende theaters, zouden we nadien monteren tot een tv-reeks. Dat is er vooralsnog niet van gekomen, omdat het bijna onmogelijk is iets te maken dat tegelijk voor toneel en televisie bestemd is. Voor nu hebben we resoluut gekozen voor het theater, waar je meer met abstractie, metaforen en metafictie kunt werken.”
Wannes: “We vroegen ons af of we dat heel specifieke genre aankunnen. Na veel pogingen om sitcommy te schrijven bleek die schriftuur toch niet zo eenvoudig: het puntige ervan, de korte scènes, om de tien seconden een grap… Het werd te karikaturaal voor ons en dat werkt niet op het toneel. Het is veel meer ons ding om onze persoonlijke levens in te zetten als materiaal – iets wat we wel vaker doen, maar nu op de spits drijven. We wisten van meet af aan: we willen niet alleen sitcomscènes spelen, maar ook de making-of ervan tonen, in de vorm van een dramedy.”
Een dramedy?
Wannes: “De vermenging van drama en comedy. Die zijn bij ons altijd in onderhandeling met elkaar. Meer nog: ze versterken elkaar. Zuivere komedie is voor ons ondraaglijk licht. Het is een soufflé die zo licht wordt dat hij instort. Zuivere tragedie is dan weer zo zwaar dat ze pathos wordt, en daardoor kitsch. In isolement zijn beide oninteressant, maar samen maken ze iets levensecht, op een getheatraliseerde manier. Op een goede begrafenis wordt uiteindelijk ook altijd gelachen.”
Dat is bij sitcoms niet anders: de meest memorabele momenten zijn die waarop ze je lachend doen huilen.
Wannes: “Natuurlijk. Friends is het voorbeeld bij uitstek. Schaamteloze sentimentaliteit! En meteen erna weer een grap.”
Natali: “Ik denk dat in alle vormen van humor, of het nu stand-upcomedy is of een sitcom, een ondertoon zit van het kleinmenselijke en droevige. Wat doen wij hier? Waarom zitten wij zo te ploeteren in het leven? We nemen onszelf zo serieus… Op het toneel willen wij daarom afstand nemen en kijken naar wat het is om mens te zijn.”
Wat blijft er nu nog over van jullie oorspronkelijke plan?
Natali: “Zoals Wannes al zei, slaagden we er niet echt in om grappige sitcomscènes te schrijven. We bleken toch beter in de backstage-gesprekken: de momenten waarop je wacht, even je tekst repeteert, het gebabbel in de loges, het roddelen in de make-up… Daarin voelden we minder de druk om grappig te zijn, en gaandeweg kwamen we er natuurlijk achter dat juist die scènes eigenlijk veel geestiger zijn.”
Wannes: “Vergelijk het met Hearts of Darkness: A Filmmaker’s Apocalypse, de making-of van Apocalypse Now. Die realiteit is eigenlijk veel dramatischer, spannender en epischer dan de eigenlijke fictiefilm. De bevrijding kwam voor ons dan ook op het moment dat we besloten alle sitcomscènes – denk: leuke scènes in een koffiebar – te schrappen en van de making-of, de dramedy, de eigenlijke sitcom te maken. Een sitcom heeft een situatie nodig – een kantoor in The Office, een koffiebar in Friends – waarin herkenbare personages tot komische verwikkelingen komen. Een filmset, met daarin een koffiebar, is nu onze situatie geworden. De plot: een groep mensen probeert samen iets te maken. Dat is een situatie die we als theatermakers goed kennen.”
Natali: “Het is zo een sitcom geworden in onze taal, heel meta, terwijl we ons niets aantrekken van sitcomregeltjes en tegelijk wél een sitcom maken. Op een bizarre manier zijn we daar wel in geslaagd.”

Hoe dicht komen jullie bij jullie eigen levens?
Wannes: “Het uitgangspunt van DE SITCOM is altijd geweest: we spelen ons eigen leven, maar dan leuker, grappiger en grootser. Ik denk niet dat we in ons werk ooit dichter zijn gekomen bij onszelf. Dat deden we in het verleden uiteraard ook, maar dan op een veiligere manier. Dat wil zeggen: voor de grap. Hier doen we het radicaler en onveiliger, tragischer en kwetsbaarder. Ans en ik zitten bijvoorbeeld in onze midlife, met kinderen en uitgestelde verlangens. Een gesprek dat we daarover zouden kunnen hebben zit letterlijk in de voorstelling. Bij Peter zie je dan weer de angst om ouder te worden en iets – in dit geval zijn humor – kwijt te raken.”
Natali: “Net zoals in Opening Night geven we het publiek via nep-documentaires een inkijkje in onze levens, die natuurlijk ook gespeeld zijn. Dat is het leuke aan onze manier van werken: we schrijven onze teksten zelf, voor onszelf, en kunnen dus ook kiezen wat we wel en niet willen laten zien, wat we willen uitvergroten. We spelen wie we zijn en we spelen met wat er van ons verwacht wordt. Uiteindelijk wordt dat een absurd labyrint waaruit je niet meer kunt ontsnappen.”
Om het nog ingewikkelder te maken: jullie beginnen meteen bij het tweede seizoen van DE SITCOM.
Wannes: “We hebben een fictieve backstory opgetuigd. De figuren die je op scène ziet, hebben elkaar acht jaar lang niet gezien na het nogal traumatiserende einde van hun laatste project: de sitcom die ze hebben opgenomen in de koffiebar waar ze elkaar dagelijks zagen. Ze deden dat zonder budget, uit pure goesting. De kijkers zagen echte vriendschap, echte levens, en dus ook echt gevaar. Hoe wij nu flirten met onze eigen levens, dat deden zij toen, met alle gevolgen van dien. Je zou je ook kunnen afvragen wat de gevolgen bij ons zullen zijn, maar goed, dat zullen we nog zien.” (lacht)
Natali: “Na acht jaar komen ze terug in een poging het succes van die eerste reeks te evenaren. Dat gaf ons meteen de mogelijkheid om al in het begin van de voorstelling problemen te creëren voor onze personages. Ans en Greg, bijvoorbeeld, werden na het einde van het eerste seizoen een koppel, zijn intussen getrouwd en hebben kinderen, maar zitten nu middenin een scheiding, terwijl ze wel nog samen moeten werken. Willem heeft dan weer het gevoel dat hij over zijn hoogtepunt heen is, en wil daarom niet deelnemen aan het tweede seizoen. In realiteit kan hij ook niet live meespelen met ons, omdat de tournee van de voorstelling die hij met Lineke Rijxman maakte, Alledaags verlies – The Slow Accumulation of Ordinary Losses, overlapt met die van DE SITCOM. Je ziet hem daarom alleen in video’s waarin hij in een taxi zit, die nota bene wordt bestuurd door Lineke Rijxman.”
Wannes: “De personages maken dus een tweede seizoen, maar dit keer op een filmset. Je ziet eigenlijk het opnemen van een sitcom dat tegelijk de sitcom zelf is. De opnames worden aangestuurd door drie young professionals – in werkelijkheid onze spelstagiairs – die de spelers voortdurend op hun plaats zetten, aangeven wat ze moeten doen en ‘cut’ roepen op momenten die volledig desoriënterend zijn. Zij horen via hun headset de hele tijd stemmen van bovenaf die aangeven wat er moet gebeuren. De acteurs moeten daaraan gehoorzamen. Dat is wellicht ook ons angstbeeld: wat als we onze autonomie verliezen?”
Wie het meest last heeft van die desoriëntering, is gastacteur Matteo Simoni.
Natali: “Matteo had al eerder aangegeven dat hij heel graag eens met ons wilde werken, en dit was daar het ideale project voor. We hadden alleen nog geen rol voor hem. Dus we hebben het ook zo geschreven: wat als we niet weten wat we met Matteo moeten doen? Tijdens de ‘opnames’ trekt niemand zich iets van hem aan. Alles wat hij doet wordt goed bevonden. We laten hem als een hond door ons kegelspel hollen. Hij moet zelf maar ontdekken wat wij eigenlijk aan het doen zijn.” (lacht)
Hebben jullie veel sitcoms bekeken ter voorbereiding?
Wannes: “Zeker. Wellicht is de belangrijkste invloed de Amerikaanse versie van The Office. In die reeks, die gefilmd is als was het een documentaire, komen het tragische en komische misschien wel het mooist samen. Maar we hebben niet alleen naar sitcoms gekeken, natuurlijk. Charlie Kaufmans filmwerk is in dit project ook een belangrijke invloed geweest. Zijn Synecdoche: New York is naast heel bevreemdend ook ontzettend ontroerend.”

Wat betekent het om als gesubsidieerd gezelschap aan de haal te gaan met een entertainend genre als een sitcom?
Wannes: “Sitcoms kunnen al eens oppervlakkig zijn. Een boutade van de 21ste eeuw is dan ook: ‘We zijn onze diepte kwijtgeraakt.’”
Natali: “In DE SITCOM illustreert mijn personage dat verlies, of zelfs die afkeuring van diepgang nog het meest. Er wordt vanaf minuut één op gezinspeeld dat er bij de opnames acht jaar geleden iets is gebeurd met mij. Toch doe ik opnieuw mee, maar ik ben niet meer dezelfde.”
Wannes: “Ze heeft zich volledig geharnast in een spiritueel neoliberalisme dat ze ‘thingfulness’ noemt: mediteren dus, maar dan op dure handtassen.”
Natali: “‘Een lege handtas is prima,’ zeg ik dan, ‘de dingen hoeven voor mij geen inhoud te hebben.’ Er is geen inhoud meer, alleen nog buitenkant en oppervlakte. Het is ‘radicale oppervlakkigheid’. Dat is heel eigen aan onze tijd, alleen al door sociale media. Dan is de vraag: hoe ga je om met die oppervlakkigheid? We geven daar geen sluitend antwoord op, maar gooien die vraag wel open.”
Wannes: “Natali’s personage is het toonbeeld van hoe we betekenis en zingeving denken te kunnen bijeenshoppen, hoe we dopamineshots bijeenswipen, om uiteindelijk leeg en onvervuld achter te blijven. Dat zit ook in het genre waar we hier mee werken. Een sitcom is niets anders dan de razendsnelle aaneenschakeling van moppen, het liefst één elke tien seconden. Met die snelle en oppervlakkige bevrediging lijkt de traditie van diepte en diepgang verloren. De Italiaanse filosoof Alessandro Baricco meent echter dat dat niet noodzakelijkerwijs een verlies is. Dat iets populair is, hoeft helemaal niet te betekenen dat het minder waardevol is. Misschien, zegt hij, is verdieping gewoonweg niet meer de moeite waard? Misschien is dat vroegere model van zingeving – in de diepte gaan dus – inmiddels vervangen door een nieuwe manier om betekenis, ervaringen en zingeving te vergaren: door te bewegen en in beweging te blijven, door te surfen van prikkel naar prikkel, over de oppervlakte heen. ‘Schaatsen is de enige manier om niet door het ijs te zakken’, was ooit een repliek in DE SITCOM.”
Die snelheid en beweeglijkheid bepaalt ook het ritme van de voorstelling.
Wannes: “DE SITCOM is voortdurend in beweging. De scènes zijn heel kort, met af en toe een langere scène, die dan automatisch bevreemdend wordt. Het decor staat volledig op wieltjes en is de hele tijd in transit, maar eigenlijk gebeurt er niets. Het is een soort razende stilstand. Dat is het komische, maar meteen ook de tragiek van deze personages: je kan nog zo in beweging blijven, maar de tragiek overvalt je toch. Je kan nog zo proberen te vluchten van je demonen in diepgaande kunst of oppervlakkig amusement, maar uiteindelijk kom je die alsnog tegen. En zo ontspoort de metaforiek van Baricco: DE SITCOM toont de diepgang die schuil kan gaan achter oppervlakkigheid, en hoe oppervlakkig de diepte eigenlijk kan zijn.”
Hoe maak je een voorstelling over oppervlakkigheid die zelf niet oppervlakkig is?
Natali: “Ik vond dat wel spannend. Sommige scènes zijn echt nietszeggend, zeker in het begin. Dat was aanvankelijk eng om te spelen, omdat je natuurlijk ook door de ogen van het publiek naar jezelf kijkt en denkt: er komt echt nog wel iets hoor! Dit is niet alles! Het leidt echt wel ergens naartoe. En toch, in the end heeft het publiek hopelijk wel veel gelachen. Samen lachen kan ook verbindend zijn.”
Wannes: “Tegelijk hoop ik ook dat het publiek voelt dat onder de banaliteit een soort existentiële leegte en desoriëntering zit die heel eigen is aan onze tijd.”
Wat staat er dan op het spel?
Wannes: “Waar we in Opening Night een nieuwe emotionaliteit en sentimentaliteit onderzochten, is de vraag nu: wat als alles om te lachen is? Hoe treurig wordt het dan? Zoals altijd bij DE HOE, en nu misschien zelfs meer dan ooit, is de vorm de inhoud. Meer nog: de afwezigheid van inhoud is een vormelijk statement, dat andere inhouden oproept. Hoe grappig ook, onder de humor en de snelheid sluimert een groot onbehagen met deze tijd. Toch is DE SITCOM geen ondubbelzinnig pamflet tegen oppervlakkigheid, dat zou zelf ook oppervlakkig zijn. Het wijst de oppervlakkigheid niet zomaar af. Het vertrekt vanuit een grote fascinatie, een nieuwsgierigheid ook naar wat het ons brengt. Dat plezier zit ook in hoe er gespeeld wordt. Naarmate het pijnlijker wordt voor de personages, neemt het plezier voor de spelers alleen maar toe. Hoe verschillend alle individuen in onze groep ook zijn, in dat spelplezier vinden ze elkaar altijd.”
Jens Dewulf